Waarom ik bleef. In ebolaland.


Lotje trek bepaalde eind januari 2015 dat niet het Malinese maar het Guinese elftal door mocht naar de kwartfinales van de CAN 2015, de Coupe d’Afrique des Nations. Bij het horen van dat nieuw ging het land uit de bol. De vreugdekreet die door de met stof en zon overgoten straten van Conakry walmde, luidde: “Guinee heeft gewonnen, ebola is gedaan!” Ik begreep de logica niet, maar het was mijn probleem dat ik daar naar zocht. Waar het om ging, was het verlangen van de Guinezen naar positief nationaal nieuws na een jaar mondiaal en mediaal verguisd te zijn geweest. De loterij van de CAN gaf hen dat.

lokale markt in Conakry

Ongeveer een jaar eerder werd een dag ingeluid met een angstkreet van mijn oudste dochter, veroorzaakt door een aan haar teen kribbelende schorpioen. Mijn aanvankelijk aarzelende voet verbrijzelde het indrukwekkend ongedierte dat we later op de dag uitgedroogd en wel terugvonden onder de zon. Een betekenisvolle dag zou het uiteindelijk voor iedereen worden. ’s Voormiddags zag ik vanuit mijn klas manifestanten op straat stenen gooien, nog maar eens ontevreden over één of ander corrupt feit, en ’s namiddags bezongen we thuis met vriendjes de verjaardag van mijn zoontje. Met het plukje energie dat overbleef en op aandringen van mijn kinderen, slaagde ik er die avond nog net in me naar het schoolfeest te begeven waar een collega me voor het eerst sprak over de aanwezigheid van ebola in Guinee. Een uurtje later werd het nieuws bevestigd door een sms van de Franse ambassade die doorverwees naar hun site voor meer informatie over hemorragische koorts.

Ik las er over, sprak met een Belgische vrouw die voor Artsen Zonder Grenzen werkt en besloot met de kinderen te blijven. Vertel me hoe je reageert op ebola en ik zeg je wie je bent. Ik zag andere reacties, bijvoorbeeld op de Franse school waar ik werk of in Europa en de Verenigde Staten. Een Amerikaan die in Conakry woont, vertelde dat iemand uit zijn geboorteland hem belde. De telefoon werd dicht gesmeten van zodra hij zei waar hij zich bevond.

Besmettelijker dan ebola is paniek. Ik woon in een stad waar dagelijks mensen geïnfecteerd raakten met het virus en vond het noodzakelijk dat ik me informeerde. Maar interpretaties zijn relatief. Op een dag kwam ik de leraarskamer binnen met het weliswaar te voorbarige nieuws dat de epidemie over haar hoogtepunt heen was. Het was gemeld in de Belgische media, maar toen moest de tweede, compleet overdonderde golf van besmettingen nog komen. Wat ik toen merkte, was dat ik met slecht nieuws meer succes geoogst zou hebben. Tijdens vergaderingen begreep de ene uit eenzelfde toespraak dat de zondvloed nabij was, de andere zag er een bevestiging in dat die nooit zou komen. Sommigen zonden quasi onmiddellijk hun kinderen naar Frankrijk, zo hadden ze in hoogste nood alleen zichzelf te redden, anderen lieten hun kroost spelen op het lokale voetbalterrein, omdat alleen zieken het virus overdragen en zij amper energie hebben om recht te staan, laat staan het voetbalveld te bereiken.

Een groep die minimale risico’s loopt met zijn uiterst hygiënische leefomstandigheden en financiële mogelijkheden of sociale constructies die het mogelijk maken de hele familie te evacueren, mag zich gedijster houden. Het overgrote deel West-Afrikanen zonder middelen niet (de Afrikanen met middelen volgen zoals gebruikelijk de blanke gang van zaken). Daar liggen de echte rampen. Naast uiteraard het besmettingsgevaar en de sterfgevallen hing ook nog de mogelijkheid in de lucht dat de onderwijsinstellingen het schooljaar met gesloten deuren zouden laten voorbij gaan. Wat doen die leerlingen gedurende een jaar? Jeugdactiviteiten zijn schaars. Wat doen de leraren zo lang zonder salaris? Gelukkig is na vele uitstellen in Guinee het schooljaar (2014-15) in januari van start gegaan. In Liberia en Sierra Leone was al in oktober afgekondigd dat leerlingen en leraars gedurende dat hele schooljaar thuis zouden blijven.

Naast de tegen de borst stuitende paniek in het Westen, was er ook het ongeloof ter plaatse. Het is één van de redenen waarom het virus als nooit tevoren zo zijn weg is kunnen gaan. In mijn wijk hoorde ik vaker dat ebola niet bestond dan wel. Hoe geloof je een regering die daar steeds weinig reden toe gaf? Volgens velen is de regering ook veel te laat in gang geschoten. De mensen aan de macht zijn zo handig geworden in het wegmoffelen dat ze aanvankelijk dachten met ebola hetzelfde te kunnen doen. Een feit dat de oppositie goed uitkomt en zij dan ook gretig gebruikt. Ze vergeten graag dat wie dan ook aan de macht op dat moment onkundig zou zijn geweest in het efficiënt optreden bij die eerste gevallen. Te weinig middelen zijn overgebleven na al dat verduisteren en te weinig kennis was voorhanden van een virus dat zich nog nooit in deze contreien had vertoond. En dan heb ik nog niets gezegd over de geruchten betreffende de op de markt aangeboden materialen, zoals handschoenen, laarzen en andere medische onmisbaarheden, aan Guinee gegeven ter bestrijding van ebola. Of de valse dokters die na de verlate start van het schooljaar massaal de scholen bezochten met zogezegde vaccins tegen ebola …

Retournons à nos moutons. De Belgische arts zonder grenzen gaf me een bruikbaar houvast. Ebola is geen sociale ziekte, vertelde ze me, maar beweegt zich voort via families. Dat was en is een geruststelling. Voor ons. We komen nooit tot zelden in contact met zieken, niet voor de epidemie en ook niet tijdens. We wassen onze handen als nooit voorheen. En niet alleen wij doen dat met overtuiging. Nooit waren in Guinee de cijfers van cholera zo laag. In Sierra Leone loopt een – weliswaar tijdelijk – verbod op vrouwenbesnijdenis. Ook in Guinee werden groepsbesnijdenissen ontraden omdat ze een rol kunnen spelen in de verspreiding van het virus. Of hoe in elk kwaad een goed kan schuilen.

Ik schuw enig avontuur niet uit mijn leven. Ik ga het niet opzoeken maar als het zich aandient weet ik er weg mee. Ik geloof niet in (absolute) zekerheid en veiligheid. En toch blijft men er zo naar streven. Ten minste dat is wat me dikwijls raakt tijdens mijn bezoeken aan of bij het lezen van nieuws uit het Westen. Het risico dat ons in België iets verschrikkelijks overkomt is voor mij dan ook niet kleiner dan dat we hier ebola oplopen. Trouwens, een risicoloos leven bestaat volgens mij niet. Nergens.


Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *